Heb ik een Angststoornis?

Maar liefst 14% van de Europeanen kampt met een angststoornis. Iedereen ervaart wel eens angst en paniek. Dit zijn natuurlijke lichamelijke reacties op gevaarlijke of stressvolle situaties. Maar wanneer is het afwijkend? Heb ik een angststoornis? 

Als je je vaak angstig voelt, overmatig piekert, bepaalde plaatsen of situaties vermijd of last hebt van nachtmerries, heb je mogelijk een angststoornis.

Er zijn verschillende angststoornissen waarbij er ook verschillende fysieke en mentale symptomen optreden. Zo is de obsessieve compulsieve stoornis ook een angststoornis.

Bovendien kunnen bepaalde angststoornissen samengaan zoals separatieangststoornis met paniekstoornissen.

Dit artikel vertelt je de symptomen per angststoornis zodat je weet of je een angststoornis hebt.

studente-met-angststoornis

Gegeneraliseerde Angststoornis

De gegeneraliseerde angststoornis is de meest voorkomende angststoornis. Het belangrijkste symptoom is het overmatig piekeren over verschillende gebeurtenissen en activiteiten.

Symptomen gegeneraliseerde angststoornis:

  1. onrealistische, overmatige, zorgen, piekeren en spanning met weinig of geen reden
  2. je rusteloos, gespannen of opgewonden voelen
  3. nerveusheid, zenuwachtig zijn, beven, zweten
  4. snel schrikken
  5. prikkelbaarheid, irritatie
  6. spierspanning of spierpijn 
  7. concentratieproblemen
  8. vermoeidheid, snel moe zijn
  9. de geest raakt leeg
  10. bezorgde gevoelens niet goed onder controle kunnen houden 
  11. slaapproblemen: moeilijk in slaap vallen of in slaap blijven, onbevredigende slaap
  12. rusteloosheid
  13. misselijkheid, prikkelbaredarmsyndroom of diarree

Diagnostische criteria zijn overmatige bezorgdheid en angst (minstens 6 maanden meer dagen dan niet) met betrekking tot een aantal activiteiten of gebeurtenissen zoals op school of werk.

Obsessief-compulsieve stoornis (OCD)

Obsessief-compulsieve stoornis (OCD) is een langdurige en chronische stoornis waarbij er terugkerende oncontroleerbare gedachten (obsessies) en gedragingen (dwanghandelingen) optreden. OCD komt vaak voor.

Obsessieve-compulsieve stoornis (OCD) leidt meestal tot een bepaald patroon van gedragingen en gedachten. OCD bestaat uit drie hoofdelementen:

  1. obsessies: herhaaldelijke opdringerige, ongewenste, (verontrustende) gedachten, drangen of beelden
  2. emoties: de obsessie leidt tot een intens ongemak of angst
  3. dwanghandelingen: door het leed en de angst zul je herhaalde mentale handelingen of gedragingen uitvoeren

De dwanghandeling zal de angst tijdelijk verlichten waarna obsessie en angst weer snel terugkomen en de cyclus zich herhaalt.

De meeste mensen met OCD hebben zowel de obsessieve gedachten als de dwanghandelingen, maar ze kunnen ook los voorkomen.

Er is geen specifieke test voor OCD. Aan de hand van de symptomen zal de professional een diagnose stellen.

Paniekstoornis

Bij een paniekstoornis heb je regelmatige paniek- of angstaanvallen. Er zijn zowel psychische als lichamelijke symptomen.

Symptomen paniekstoornis:

  1. plotselinge herhaalde paniekaanvallen waarbij er overweldigende angst en vrees optreden
  2. gevoel dat je de controle verliest
  3. intens bezorgd zijn over wanneer de volgende paniekaanval gaat optreden
  4. gevoel van naderend onheil tijdens een paniekaanval
  5. plaatsen waar je paniekaanvallen hebt gehad vermijden
  6. een angst voor de dood

Tijdens een paniekaanval kunnen lichamelijke symptomen optreden zoals:

  1. bonzend of racend hart
  2. ademhalingsmoeilijkheden
  3. zweten
  4. trillen
  5. rillingen
  6. gevoelloze of tintelende handen
  7. duizeligheid of zwakte
  8. misselijkheid of maagpijn
  9. pijn op de borst

Voor de diagnose paniekstoornis moet er sprake zijn van herhaaldelijk terugkerende onverwachte paniekaanvallen. 

Meestal komen deze aanvallen plotseling voor waarbij er emotionele, fysieke en cognitieve symptomen optreden.  

Post-Traumatische Stressstoornis (PTSS)

Na een schokkende, gevaarlijke of enge gebeurtenis kan het posttraumatische stressstoornis (PTSS) ontstaan. 

Trauma herbeleven:

  1. opdringerige beelden of gedachten
  2. levendige flashbacks, alsof het trauma nu weer plaatsvindt
  3. nachtmerries
  4. intense verdrietige gevoelens wanneer je aan het trauma herinnerd wordt
  5. lichamelijke symptomen: trillen, zweten, pijn, of misselijkheid

Gevoelens van spanningen of alertheid:

  1. extreme alertheid (hypervigilantie)
  2. paniek wanneer je aan het trauma herinnerd wordt
  3. nervositeit, snel schrikken
  4. prikkelbaarheid, snel boos zijn, agressief gedrag
  5. verstoorde slaap, slaapgebrek
  6. concentratieproblemen, zelfs bij de alledaagse taken
  7. andere angstsymptomen

Herinneringen of gevoelens vermijden:

  1. alles wat je aan het trauma herinnert vermijden 
  2. de details van de gebeurtenis niet herinneren
  3. bezig moeten blijven
  4. je afgesneden voelen van je emoties, emotionele gevoelloosheid
  5. je los van het lichaam of lichamelijk verdoofd voelen
  6. zelfdestructieve of roekeloze dingen doen
  7. niet in staat zijn om genegenheid te tonen
  8. met alcohol en drugs herinneringen vermijden

Voor de diagnose PTSS moet er gedurende een maand de volgende symptomen aanwezig zijn:

  1. minstens drie vermijdingssymptomen
  2. minstens één herbelevingssymptoom
  3. minstens twee hyperarousalsymptomen (hyperarousal is overactieve toestand)
  4. minstens twee negatieve stemmings- en cognitiesymptomen

Sociale angststoornis

Bij een sociale angststoornis (sociale fobie) heb je een overweldigende angst voor sociale situaties. Het komt vaak voor en begint meestal tijdens de tienerjaren. Het kan een grote impact hebben op je werk, school en relaties.  

Gedragsmatige en emotionele symptomen

  1. bang dat je je zelf voor schut zet of jezelf vernedert
  2. bang zijn voor situaties waarin mensen je negatief kunnen beoordelen
  3. intense angst om met vreemden te praten of een interactie aan te gaan
  4. situaties waarin je het middelpunt van de belangstelling staat vermijden 
  5. uit angst voor verlegenheid niet met mensen praten of dingen vermijden
  6. angst wanneer je op een gevreesde gebeurtenis of activiteit moet afwachten
  7. bang zijn dat de lichamelijke symptomen je in verlegenheid brengen (blozen, trillen, trillende stem, zweten)
  8. bang dat anderen doorhebben dat je angstig kijkt
  9. de ergst mogelijke gevolgen na een negatieve sociale interactie verwachten
  10. tijdens sociale situaties een intense bezorgdheid of angst
  11. het analyseren van je interacties en identificeren van tekortkomingen

Lichamelijke symptomen:

  1. blozen
  2. trillen, zweten
  3. snelle hartslag
  4. spierspanning
  5. moeilijk op adem kunnen komen
  6. verstoorde maag, misselijkheid
  7. licht gevoel in het hoofd, duizeligheid 
  8. het gevoel dat je geest leeg is

Er is geen specifieke test, maar een geestelijke gezondheidswerker zoals een psychiater kan aan de hand van de symptomen een diagnose stellen.

Agorafobie

Bij agorafobie is er angst voor plaatsen of situaties die voor paniek kunnen zorgen. Hierdoor kun je je hulpeloos en opgesloten voelen of wordt je in verlegenheid gebracht.  

Er is een angst dat je in bepaalde situaties niet kunt ontsnappen of geen hulp krijgt als je in paniek raakt of gênante symptomen ervaart.

Bij typische agorafobie heb je een angst voor:

  1. afgesloten ruimtes: liften, bioscoop, kleine winkels
  2. mensenmassa’s
  3. je huis alleen verlaten
  4. in rijen wachten
  5. openbaar vervoer: vliegtuig, bus, trein
  6. open ruimtes: winkelcentra, parkeerplaatsen

Voor de diagnose agorafobie moet er sprake zijn van aanhoudende symptomen (ten minste 6 maanden). 

Daarnaast kijkt de arts ook of de symptomen door een andere stoornis veroorzaakt kunnen worden zoals de hiervoor beschreven sociale angststoornis.

Verlatingsangst

Verlatingsangst is de angst dat je van familieleden of personen wordt gescheiden waaraan je het meest gehecht bent. Hierbij kun je buitensporige bezorgdheid en angst ervaren.

BIj baby’s en peuters behoort verlatingsangst tot de normale ontwikkelingsfase, maar soms kunnen ook tieners en volwassenen hier last van hebben.

Symptomen verlatingsangst:

  1. terugkerende angst wanneer je weg bent van je geliefden of van huis. Alleen al het vooruitzicht dat je weg bent kan voor angst zorgen.
  2. constant bezorgd zijn dat je een ouder of dierbare kunt verliezen
  3. voortdurend bezorgd zijn dat er iets kan gebeuren waardoor je van een dierbare gescheiden wordt (ontvoerd worden, verdwalen)
  4. wanneer er een scheiding wordt verwacht, last krijgen van buikpijn, hoofdpijn en andere symptomen
  5. alleen met een dierbare in huis willen zijn
  6. uit angst voor scheiding niet van huis gaan 
  7. niet buitenshuis slapen of met tegenzin buitenshuis slapen als er geen dierbare in de buurt is
  8. nachtmerries over scheiding

Voor een diagnose moet de angst buitensporig zijn en het dagelijks leven beperken.

Take home message

Bij angst of stress komt je lichaam in een fractie van een seconde in een vecht-of-vluchtreactie – een overlevingsmechanisme waarin je lichaam zich tegen het gevaar verdedigt. 

Echter, als je je vaak angstig voelt heb je mogelijk een angststoornis. Bijvoorbeeld de gegeneraliseerde angststoornis, de meest voorkomende vorm van angststoornis.

Maar er zijn nog meer angststoornissen zoals paniekstoornis, posttraumatische stressstoornis, sociale angststoornis, agorafobie, obsessief-compulsieve stoornis en verlatingsangst.

Een angststoornis kan je leven op verschillende vlakken flink beperken. Ga daarom naar een arts voor een correcte diagnose en behandeling.

Over Diederik

Diederik heeft een medisch-wetenschappelijke achtergrond. In zijn vrije tijd schrijft hij onder andere over gezondheidskwesties voor Human Nature.

Bronnen

Bystritsky, A., Khalsa, S. S., Cameron, M. E., & Schiffman, J. (2013). Current diagnosis and treatment of anxiety disorders. Pharmacy and Therapeutics, 38(1), 30.

Ströhle, A., Gensichen, J., & Domschke, K. (2018). The diagnosis and treatment of anxiety disorders. Deutsches Ärzteblatt International, 115(37), 611.