Reuma en artrose worden vaak door elkaar gehaald, en dat is niet zonder reden.
Beide zijn vormen van gewrichtsontstekingen die leiden tot stijfheid en gewrichtspijn.
Er zijn echter enkele belangrijke verschillen tussen reuma en artrose. Wat zijn die verschillen precies?
KORT ANTWOORD
Er zijn 3 hoofdverschillen. Bij reuma is het gewrichtsslijmvlies ontstoken door een auto-immuunziekte, terwijl artrose door slijtage wordt veroorzaakt. De ochtendstijfheid bij reuma duurt vaak 45 minuten of langer, terwijl de ochtendstijfheid van artrose meestal binnen 30 minuten verdwenen is. Bij reuma zijn meestal beide gewrichten aangedaan, terwijl bij artrose meestal slechts één kant is aangedaan (symmetrisch vs asymmetrisch). Zowel reuma als artrose vertonen ontstekingsverschijnselen, maar bij reuma staan deze ontstekingen op de voorgrond, terwijl bij artrose juist de gewrichtsspleetversmalling op de voorgrond staat.
Dit artikel vertelt je 6 grote verschillen tussen reuma en artrose.
1. Autoimmuunziekte vs. ‘slijtage’
Het grootste verschil tussen reuma en artrose is de oorzaak. Reuma wordt veroorzaakt door een ontstoken gewrichtsslijmvlies terwijl artrose door ‘slijtage’, of beter gezegd degeneratie, wordt veroorzaakt.
Wat kenmerkt reuma?
Bij reuma valt het lichaam zichzelf aan. Dit wordt ook wel een auto-immuunziekte genoemd. Reuma valt de bekleding van je gewrichten aan.
Hierbij raakt het gewrichtsslijmvliesontstoken wat tot pijnlijke en gezwollen gewrichten leidt.
Omdat reuma een auto-immuunziekte is kunnen andere lichaamsdelen na verloop ook aangetast worden zoals je huid, longen, bloedvaten, hart en ogen.
De precieze oorzaak van reuma is onbekend, maar er wordt gedacht genetische factoren, hormonale factoren, omgevingsfactoren en levensstijlfactoren bij de ontwikkeling van reuma betrokken zijn.
Wat kenmerkt artrose?
Gezonde gewrichten zijn bedekt met kraakbeen. Bij artrose is het kraakbeen van verminderde kwaliteit of soms helemaal weg, waardoor de botdelen dichter op elkaar komen.
Dit wordt ook wel gewrichtsspleetversmalling genoemd. Zodra het bot tegen het andere bot aanwrijft ontstaat er pijnklachten.
Echter kunnen er in een vroeger stadium al pijnklachten ontstaan door ontstekingen van het synovium, een zeer goed doorbloed weefsel rondom het gewricht dat het gewricht normaalgesproken voedt. Daarbij worden stofjes afgegeven die het kraakbeen aantasten.
Je kan je voorstellen dat de bewegingendan niet meer zo soepel verlopen. (Dit kan een arts met een stethoscoop vaak horen.)
Kortom, bij artrose verslijt het gladde kraakbeenoppervlak. Hierdoor komen de botten van de gewrichten op elkaar.
Risicofactoren voor artrose zijn oudere leeftijd, beroepen en sporten die de gewrichten herhaaldelijk zwaar belasten, fracturen en oude slecht genezende blessures.
Je vraag je misschien af waarom artrose dan een vorm van gewrichtsontsteking (artritis) is. Hoewel er bij artrose ook ontstekingsverschijnselen zijn is het vooral het gewrichtskraakbeen dat na verloop van tijd beschadigd raakt en vernietigd wordt.
2. Ochtend vs. startstijfheid
Bij reuma is er sprake van ochtendstijfheid terwijl er bij artrose sprake is van startstijfheid.
Ochtendstijfheid. De klachten van stijfheid is bij reumapatiënten meestal in de ochtend erger. Zoals de naam ochtendstijfheid al zegt is het stijfheid van de gewrichten bij het uit bed komen. Als je te lang in één houding hebt gelegen kan er dus stijfheid ontstaan. Hierbij verloopt het bewegen van de gewrichten moeilijk of traag. De stijfheid kan drie kwartier of langer duren.
Startstijfheid. Bij artrose heb je startstijfheid. Als je in beweging komt zal de stijfheid namelijk meestal vrij snel verdwijnen. Ook bij artrose is er sprake van ochtendstijfheid. Maar de stijfheid verdwijnt na het opstaan sneller dan bij reuma. Meestal binnen 30 minuten.
3. Eenzijdig vs. tweezijdig
Bij reuma zijn de gewrichten vaak aan twee kanten aangedaan terwijl artrose vaak in een geïsoleerd gewricht begint.
Aanvankelijk kan bij reuma ook één gewricht aangedaan zijn, maar naarmate de ziekte vordert zullen de symptomen aan beide kanten ontstaan.
Daarom wordt reuma een symmetrische vorm van artritis genoemd, oftewel aan beide kanten. Symmetrie is bij het diagnostisch proces van reuma de belangrijkste determinant.
Bij reuma zijn daarom vaak beide knieën, beide, handen of beide polsen aangedaan.
Reuma is symmetrische (beide kanten) en polyarticulaire (meerdere gewrichten). Artrose is asymmetrisch (1 kant) en monoarticulair (1 gewricht).
4. Verschillende Symptomen
Er zijn nog een aantal symptomen waarmee reuma van artrose onderscheiden kan worden.
Systemische symptomen. Reuma is een systemische aandoening terwijl artrose meer een lokaal probleem is. Al spelen systemische factoren wel een rol, zoals bijvoorbeeld buikvet. Daarom kan reuma zich aanvankelijk presenteren met koorts, vermoeidheid, verlies van eetlust en gewichtsverlies. De symptomen kunnen ontstaan in de periode waarin de ziekte zich ontwikkelt. Dit verklaart waarom reuma zich in het begin met griepachtige verschijnselen kan presenteren. Artrose is in die zin geen echte systemische maar meer lokale ziekte en zal zich dus niet met deze symptomen presenteren.
Aangedane lichaamsdelen. Bij reuma kunnen alle gewrichten aangedaan zijn waaronder de vingers, handen, ellebogen, heupen en knieën. Bij artrose zijn vaak de duim kleine vingergewrichten en de knieën aangedaan.
Ernst van de Zwelling. Bij zowel reuma en artrose zijn de gewrichten gezwollen, maar deze zwelling is bij reuma ernstiger. Dit is niet zo gek. Zwellingen worden namelijk veroorzaakt door ontstekingen. En bij reuma valt het lichaam het gewrichtsslijmvlies aan wat tot de zwelling leidt.
Ochtendstijfheid. Aan de hand van de duur van de ochtendstijfheid (korter of langer dan 30 minuten) kunnen reuma en artrose van elkaar onderscheiden worden. Ochtendstijfheid duurt bij reuma meestal meer dan 30 minuten terwijl de ochtendstijfheid bij artrose meestal binnen 30 minuten verdwenen is.
We zullen de verschillende symptomen nog even op een rijtje zetten.
Symptomen van reuma:
- gewrichtspijn (artritis)
- gewrichtsstijfheid
- symmetrische zwelling in meerdere gewrichten
- ochtendstijfheid > 30 minuten
- systemische symptomen: malaise, koorts, (bloedarmoede), vermoeidheid, verlies van eetlust en gewichtsverlies
- leeftijd: 30 – 60 jaar
OA (atrose) Symptomen:
- gewrichtspijn
- gewrichtsstijfheid
- aangedane gewrichten: meestal in vingers, handen of knieën
- ochtendstijfheid < 30 minuten
- asymmetrisch: één kant is erger aangetast
- eventueel ook pijn in de heupen of wervelkolom
5. Leeftijd, voorkomen en ziekte progressie
Voorkomen. De meest voorkomende vorm van artritis is artrose. In Amerika komt artrose veel meer voor dan reuma, 27 miljoen vs 1,3 miljoen.
Leeftijd. Reuma ontwikkelt zich meestal tussen de leeftijd van 30 – 60 jaar terwijl artrose zich meestal pas op een latere leeftijd ontwikkeld.
Ziekteprogressie. Ontstekingen ontwikkelen zich sneller dan slijtage. Reuma kan plotseling ontstaan waarbij in enkele weken de toestand kan verergeren. Aan de andere kant ontwikkelt artrose zich juist na verloop van tijd, waarbij de symptomen geleidelijk verergeren. Algehele gezondheid speelt hierbij wel degelijk een rol. Zo geeft een hoog gehalte aan buikvet hormonen af die het proces kunnen verergeren.
Na een aantal weken of maanden kan pijn en stijfheid bij reuma verergeren. Met tussenpozen van maanden of jaren ontwikkelt artrose zich geleidelijk.
6. Diagnose en behandeling
Er zitten ook verschillen tussen het diagnosticeren en behandelen van beide aandoeningen.
Diagnose
Diagnose reuma. De diagnose reuma wordt gesteld aan de hand van de symptomen, lichamelijk onderzoek en aanvullend onderzoek zoals de aanwezigheid van antilichamen in het bloed. Er is geen specifiek diagnostisch bloedonderzoek voor reuma. Het helpt wel bij het uitsluiten van ziekten die ook ontstekingen en gewrichtspijn kunnen veroorzaken.
Diagnose artrose. Bij de diagnose van artrose staat beeldvormend onderzoek centraal, hier kan bijvoorbeeld degewrichtsspleetversmalling aangetoond worden. Het beeldvormend onderzoekmoet wel overeenkomen met het klinisch beeld, dus de klachten van de patiënt. Artrose kan ook aanwezig zijn zonder dat dit klachten geeft. Het is een normaal verschijnsel van het ouder worden.
Behandeling
Bij beide aandoeningen ligt de focus op het verminderen van pijn en symptomen. Met NSAID’s kan de zwelling en pijn verminderd worden.
Maar er zijn andere oorzaken dus ook andere behandelingen. Aangezien reuma een auto immuunziekte is worden er specifieke geneesmiddelen voorgeschreven die het immuunsysteem kunnen onderdrukken.
De behandeling van reuma omvat:
- medicatie: methotrexaat, corticosteroïden
- de druk op de gewrichten verminderen
- fysiotherapie
- operaties
De ontstekingen en pijn kunnen ook verminderd worden met:
- ijskompressen
- koude kompressen
De behandeling van artrose omvat:
- fysiotherapie
- gewichtsverlies
- niet-steroïde anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID)
- corticosteroïde injecties
- kunstgewricht: gewrichtsvervangende chirurgie
- arthroscopische chirurgie
- osteotomie
Reuma is onvoorspelbaar waardoor er ook geen goede prognose is te maken.
Overeenkomsten reuma en artrose
Zowel reuma en artrose zijn chronisch en niet te genezen.
Overeenkomstige symptomen bij reuma en artrose:
- stijve gewrichten
- pijnlijke gewrichten.
- zwelling
- afgenomen mobiliteit in de aangedane gewrichten
Take home message
De meest voorkomende vormen van gewrichtsontsteking (artritis) zijn artrose en reuma. Ze worden door overeenkomstige symptomen vaak door elkaar gehaald.
Het belangrijkste verschil tussen reuma en artritis is de onderliggende oorzaak. Reuma wordt veroorzaakt door een auto-immuunziekte terwijl artrose wordt veroorzaakt door slijtage. Toch speelt algehele gezondheid hierbij ook een rol.
Reuma is een auto-immuunziekte waarbij het immuunsysteem het gewrichtsslijmvlies van de gewrichten aantast.
Bij artrose vergaat het kraakbeen door afbraak van het kraakbeen ten gevolge van ontstekingen in het gewricht en mechanische slijtage. Als gevolg wordt de gewrichtsspleet smaller.
Voor de juiste behandeling moet er wel een duidelijk onderscheid gemaakt worden.
De behandeling is een aantal opzichten hetzelfde. Zo kunnen NSAID’s voorgeschreven worden om de pijn en zwelling te verminderen. En zo wordt de mobiliteit verbetert met behulp van ergotherapie en fysiotherapie.
Gewichtsbeheersing, gezonde leefstijl en lichamelijk beweging helpt bij het beheersen van reuma en artrose.
Over Diederik
Bronnen
Harris Jr, E. D. (1990). Rheumatoid arthritis: pathophysiology and implications for therapy. New England Journal of Medicine, 322(18), 1277-1289.
Aletaha, D., & Smolen, J. S. (2018). Diagnosis and management of rheumatoid arthritis: a review. Jama, 320(13), 1360-1372.
Kourilovitch, M., Galarza-Maldonado, C., & Ortiz-Prado, E. (2014). Diagnosis and classification of rheumatoid arthritis. Journal of autoimmunity, 48, 26-30.
Feldmann, M., Brennan, F. M., & Maini, R. N. (1996). Role of cytokines in rheumatoid arthritis. Annual review of immunology, 14(1), 397-440.
Braun, H. J., & Gold, G. E. (2012). Diagnosis of osteoarthritis: imaging. Bone, 51(2), 278-288.
Michael, J. W. P., Schlüter-Brust, K. U., & Eysel, P. (2010). The epidemiology, etiology, diagnosis, and treatment of osteoarthritis of the knee. Deutsches Arzteblatt International, 107(9), 152.